In september is er een nieuwe groep studenten gestart aan de opleiding. Met nieuwe studenten wordt als eerste behandeld hoe zij een goede les kunnen voorbereiden. Hiervoor wordt het boek Effectief leren. De docent als regisseur gebruikt, van Van Ast, De Loor en Spijkerboer (2020) gebruikt. Dit boek is de hernieuwde druk van het boek van Ebbens en Ettekoven. Als u een student begeleidt die net is gestart met de opleiding, dan zou het fijn zijn als u tijdens het nabespreken van een gegeven les extra doorvraagt op de sleutelbegrippen van effectief lesgeven die in dit boek behandeld worden.
De zes sleutelbegrippen
In het boek Effectief leren van Van Ast, De Loor en Spijkerboer (2020) worden zes sleutelbegrippen besproken die van belang zijn om effectief leren bij leerlingen te stimuleren.
Deze sleutelbegrippen zijn:
- Leerstof dient betekenisvol te zijn voor leerlingen. Dit kun je bereiken door nieuwe kennis aan te laten sluiten op de voorkennis.
- In je voorbereiding moet je aandacht besteden aan de nieuwsgierigheid en motivatie van leerlingen. Dit is onder anderen te bereiken door het inzetten van goede feedback en door leerlingen de mogelijkheid te bieden om succeservaringen op te doen.
- Zichtbaarheid van leren en denken om misconcepties zichtbaar te maken en te herstellen. Dit is bijvoorbeeld te bereiken door open vragen te stellen waar leerlingen antwoord op moeten geven. De antwoorden maken duidelijk in hoeverre de leerstof goed in de hoofden van de leerlingen is aangekomen.
- Individuele aanspreekbaarheid is gericht op het activeren van alle Bij het geven van een opdracht loopt iedere leerling het ‘risico’ om een beurt te krijgen. Iedereen moet zich dus inzetten en iedereen moet antwoord kunnen geven op de gestelde vragen.
- Niveau van de leerstof moet passend zijn (niet te gemakkelijk en niet te moeilijk).
- De structuur en de opbouw van de leerstof moet helder zijn. Leerstof moet dus niet bestaan uit losstaande onderdelen, maar er moet verbinding zijn tussen de onderdelen die de leerlingen al hebben gehad en nog krijgen.
Op de lerarenopleiding merken we dat studenten vaak moeite hebben met de toepassing van het derde sleutelbegrip dat gaat over het zichtbaar/hoorbaar maken van kennis. Zij laten zich nog te vaak verleiden tot het stellen van gesloten vragen als: ‘Begrijpen jullie het?’ Een dergelijke vraag maakt het niet helder/zichtbaar wat de leerlingen hebben begrepen en onthouden van de kennis die met hen gedeeld is. Een student zou zich moeten aanwennen om vragen te stellen als: ‘Leg eens in je eigen woorden in twee zinnen uit wat ik net heb verteld?’.
Ook merken we dat studenten het soms moeilijk vinden om individuele aanspreekbaarheid vorm te geven. Zij zijn geneigd om vooral de leerlingen die de vingers opsteken een beurt te geven, waardoor andere leerlingen minder gestimuleerd worden om ook actief mee te blijven denken.
Wij willen u dan ook vragen om tijdens het nabespreken van de les met startende stagiaires de studenten te bevragen op de bovenstaande zes sleutelbegrippen, met de nadruk op individuele aanspreekbaarheid en zichtbaarheid van kennis.
Mocht u meer willen lezen over de zes sleutelbegrippen, klik dan hier. Mocht u geïnteresseerd zijn in het boek en een hoofdstuk ter inzage willen lezen, klik dan hier.